Felssysteem

Het felsdak heeft in de jaren '80 van de vorige eeuw zijn intrede gemaakt op de Nederlandse markt en is vanaf die tijd uitgegroeid tot het meest toegepaste bekledingssystemen. De banen met staande naad worden nu volop toegepast waar eerder een enkeling zich tot deze techniek wendde.

Het is een flexibel systeem wat op gevels, wanden en daken kan worden toegepast. Het kan geleverd worden op iedere gewenste lengte en uitstekend hol of bol gebogen worden. De hoge kwaliteit van de afwerking van een felsdak maakt het tot een uniek dak met uitstraling.

Er zijn een aantal belangrijke aandachtspunten.

We zetten er hier 5 voor u op een rij.

1. De felsnaad.

De felsnaad is een staande naad van 25 mm hoog die regendichte verbinding vormt en tegelijkertijd de temperatuursafhankelijke expansie van het materiaal mogelijk maakt. Een felsbaan heeft een boven en een onderfels. De bovenfels wordt over de onderfels geplaatst en meestal handmatig dichtgedrukt met een felssluittang; dit heet 'felsen'. Bij lange lengtes kan het ook machinaal worden gedaan. Is een felsnaad boven de 25 graden dakhelling kan er enkel gefelst worden. Is het er onder dan wordt er een dubbele vlakke staande naad.

2. De nok.

In de meeste situaties vormt de nok ook de ontluchting van de ventilatieruimte onder het dak. Hiervoor moet er een doorlopende opening aanwezig zijn die zorgt voor de afvoer van condens of vocht. De felsbanen worden ter plaatse van de nok opgezet. Dit is een specialistich klusje. De felsnaad wordt ingebouwd tot een stuikfels en mag niet worden ingeknipt of gesoldeerd. Als er te weinig ruimte is om deze stuikfels te maken kan er gekozen worden voor een dubbele fels. Het kapje wordt over de fels heen geplaatst. 

Er moeten worden gezorgd voor voldoende opstand varierend van 5 tot 22 graden, 150 tot 80 mm. De felsbaan moet worden voorzien van een waterkering om opstuwend water tegen te houden. Er moet voldoende overlap zijn met de nokkap.

3. Dwarsfelsverbinding.

Om een felsbaan te verlengen, maar ook bij dakramen en schoorstenen is een dwarsfelsverbinding nodig. Een dwarsfelsverbinding is een vlakke haakverbinding, met name bij flauwe dakhellingen wordt moet er niet te zuinig mee worden omgegaan anders treedt er sneller een lekkage op.

4. Gootaansluiting

De onderbeëindiging van een felsbaan wordt met een druiprandprofiel uitgevoerd. De felsbaan wordt hieromheen gehaakt. De omkanting van de felsbaan moet niet strak om de druiprand gesloten worden. Hierdoor kan regenwater capilair binnendringen en kan de baan niet expanderen of krimpen. Het druiprandprofiel moet onder een dakhelling van 25 graden een breedte hebben van 250 mm en voorzien zijn van een omkanting. Hiermee is de felsnaad mooi en regendicht af te werken. Om ongedierte te voorkomen kan de ventilatieopening worden afgewerkt met strekkoper.

5. Bevestingsklangen.

De felsbanen worden vastgezet met klangen. Ze worden onzichtbaar in de felsnaad weggewerkt. Felsbanen tot 3 meter lente kunnen worden vastgezet met vast klangen. Langere banen worden vastgezet met schuifklangen en vast klangen. De positie is afhankelijk van de dakhelling.

Uiteraard zijn er vele andere punten rond een felsdak die aandacht verdienen. Maar met deze top 5 zijn echter de belangrijkste punten behandeld. Het is een standaard advies! Per project kunnen er passende maatregelen worden geadviseerd.

 

Meer weten over onze duurzame oplossingen? Bekijk onze portfolio of neem contact met ons op. Wij vertellen u graag meer over ons ambacht en de beste oplossing voor uw specifieke situatie.